hondenkarren

Home » hondenkar » Jan Geerts Meulenbelt

Jan Geerts Meulenbelt

Categorieën

februari 2019
Z M D W D V Z
 12
3456789
10111213141516
17181920212223
2425262728  
  • Geboren op 29 januari 1868 te Bergum
  • Overleden op 29 september 1954

Jan Meulenbelt met zijn zoon Andries [collectie Facebookpagina Oud Burgum]

1928 bij de Kruiskerk: Jan Meulenbelt met zijn zoon Andries [collectie Facebookpagina Oud Burgum]

Jan werd geboren in het gezin van Geert Andries Meulenberg en Elisabeth Oeges van der Veen. Hij trouwde op 13 mei 1899 als 31-jarige jongeman met de 23-jarige Lamke Tiekstra [1875 – 1925]. Met Lamke kwam ook haar zoon Evert Tiekstra in het jonge gezin. Evert werd buitenechtelijk geboren op 13 juni 1897.

Samen kregen ze, voor zover ik weet, tien kinderen:

  • 31-10-1899, Geert
  • 20-07-1901, Geertje
  • 18-08-1903, Elisabeth
  • 03-02-1906, Bontje
  • 13-04-1907, Foekje [overleden op 22-03-1910, 2 jaar oud]
  • 12-11-1910, Foekje
  • 27-07-1912, Andries [overleden op 30-05-1913, 10 maanden oud]
  • Janke [overleden op 02-11-1918, 8 maanden oud]
  • Roel [overleden op 26-08-1920, 7 maanden oud]

Van Janke en Roel heb ik nog geen geboortedata gevonden

  • 02-09-1914, Andries

Jan Kypeltontsje”, zoals hij in de volksmond werd genoemd, haalde de soms overvolle ‘húsketonnen’ op. De volle tonnen werden in een schip geladen. In de Skipfeart. In diezelfde Skipfeart werden de tonnen ook schoongemaakt. Als er dan kinderen langs kwamen, dan kregen die een pepermuntje van de mannen. Zo uit het bruin-papieren zakje. Met ongewassen handen …

Overigens heeft Jan dit werk jarenlang met Rindert Leegstra gedaan.

Ach, het waren andere tijden. En ook taaie tijden, getuige het feit dat hij aan het graf stond van vier kinderen en in april 1925 ook zijn vrouw moest begraven. Twee jaar later, op 15 januari 1927, trad Jan in het huwelijk met Johanna van der Valle [1867 – 1934].

Jan had dus een gemeentebetrekking. Hij was gemeenteambtenaar. Hij vroeg de gemeenteraad ook meerdere malen om een vergoeding voor het gebruik van zijn hond. De eerste keer dat ik zo’n verzoek tegenkom is in 1922. Jan vraagt dan om 50 gulden vergoeding, maar de gemeenteraad wijst dat af.
Maar Jan geeft niet op.

In 1929 vraagt hij “eenige tegemoetkoming in de kosten van onderhoud en voeding van zijn hond, die hij gebruikt ten behoeve van dan reinigingsdienst”. Maar zijn verzoek wordt later dat jaar, tijdens de behandeling van de gemeentebegroting 1930, weer afgewezen. “Dergelijke verzoeken zijn er vroeger ook geweest. Naderhand is, daarmee rekening houdend, de belooning verhoogd, dus dan gaat het niet om nu apart vergoeding voor den hond bovendien te geven”.
De raad staat wel met algemene stemmen toe om [“met nadere regeling van B en W”] “voor hem een zoodanige regeling te treffen, waarbij hij in het genot wordt gesteld van zeven dagen vacantie per jaar met behoud van salaris”.

In 1932 vraagt Jan om verlenging van zijn dienstverband bij de gemeente. Ook na zijn 65e verjaardag wil hij aanblijven. Maar er wordt besloten om hem “onder dankbetuiging eervol ontslag te verleenen als dorpsreiniger te

Leeuwarder Nieuwsblad, 12-06-1937

Leeuwarder Nieuwsblad, 12-06-1937

Bergum” en hem “tot wederopzegging te verleenen een gratificatie van 200 gulden ‘s jaars”. De datum werd op 1 juni gesteld “of zooveel later als Gedeputeerde Staten hunne goedkeuring zullen gehecht hebben aan de hiertoe benodigde begrootingswijziging”.
De reinigingsdienst werd voorlopig overgenomen door S. A. Hoekstra.

Jan Geerts Meulenbelt kon niet stilzitten. Tegen zijn 70e verjaardag lijkt hij nog ijverig zijn handen uit de mouwen te steken. Waarom anders zou hij bierbrouwer J. Noordenbosch helpen bij het lossen van goederen? De weduwnaar Jan Geerts viel daarbij in een vrij diepe kelder, zo blijkt uit een krantenbericht – “klagend over pijn in de rug, werd hij naar zijn woning, staande in de Westerbuurt, gebracht”.

Kunt u helpen? Weet u meer over Jan Geerts Meulenbelt? Help mee om de geschiedenis van de mannen [en vrouwen] met hondenkarren completer te maken. Reageer door hieronder een reactie te plaatsen.

F. de Boer schreef over de mannen die de ‘húsketonnen’ haalden en brachten een gedicht:

Onze plaats herbergde mannen
Met een o zo nuttig vak
Dat gedoemd was te verdwijnen
Voor het meer modern gemak.

Wekelijks brachten ze hun klanten
Achter de meest ‘intieme’ deur
Al naar gelang de aanloop was
Een frisse ton met creoline-geur.

Hun daaglijks werk was tonnensjouwen
Door de gang of door de steeg
Torsten zij de ‘wisselbeker’
Vol terug, heen was-ie leeg.

Ach hoe lang is’t al geleden
Als je omkijkt, nog maar pas
Dat de ‘poepkar’ door de straat reed
Van een uitgestorven ras.

Ons past een postume hulde
Al is’t dan wat rijk’lijk laat
Aan de mannen in het as-grauw
En hun onvolprezen karre-paard

F. de Boer

Bronnen:

  • Facebookpagina Oud Burgum
  • http://www.alle friezen.nl
  • http://www.nutburgum.nl
  • Leeuwarder Courant, 29-11-1922
  • Leeuwarder Nieuwsblad, 19-09-1929
  • Leeuwarder Courant, 20-09-1929
  • Leeuwarder Courant, 08-11-1929
  • Friesch Dagblad, 17-10-1932
  • Leeuwarder Courant, 19-05-1933
  • Leeuwarder Nieuwsblad, 12-06-1937

Plaats een reactie